Een klein vermogen bij elkaar.........
Daar zit ik dan in Havanna Hotel in Cairo, in het stadsdeel
Mohandaseen. De airco staat aan, ik heb mijn kleren uitgetrokken om af te
koelen, het was een heftig dagje. Heeeeeeeeel bijzonder ook.
Vanmorgen vroegjes opgestaan, koffer pakken was niet het grootste werk, maar
wel om de plantjes en zaden nog te wateren, morgen zullen ze het even zonder
moeten doen. Margaret bracht me naar de luchthaven, de schat. Het gaat allemaal
gladjes tegenwoordig en vooral de binnenlandse vluchten is een fluitje van
een cent. Voor je het weet, ik zat te lezen met een lekkere beker capuccino,
staat de bus er al en dan een uurtje vliegen en je bent in Cairo. Er is een
spiksplinternieuwe terminal, heel deftig allemaal. Bij de bagagebanden was
een rookkamer, jawel, hier weten ze nog hoe ze rokers tegemoet kunnen komen.
Keurig netjes, tafeltjes, stoeltjes, asbakken, niet alsof je crimineel ben
omdat je rookt zoals in de meeste westerse luchthavens.
De ophaalservice van het hotel stond keurig op me te wachten
en de rit naar het hotel was een plezier, althans wat de omgeving betreft.
De flamboyants en jaccarandabomen staan volop in bloei, dus een overweldigend
rood en blauw streelde mijn ogen. Het verkeer was niet al te dolletjes druk
en in het hotel kon ik meteen regelen dat ik dezelfde auto meekreeg voor de
rit naar de plantenkwekerijen. Even snel de koffers op de kamer gebracht,
even opgefrist en hoppa onderweg.
We moesten naar het stadje/dorpje Tukh, alwaar Kimo ons op zou vangen. Tukh
ligt een kilometer of 60 ten noorden van Cairo en aldus ook 140 van Alexandrië
Het ging een beetje mis met de bewegwijzering van Kimo, maar uiteindelijk
vonden we elkaar. Onderweg, nadat we de stad en de buitengewesten van Cairo
achter ons hadden gelaten, veel landbouwgrond, met allerlei groenten, fruit
en andere gewassen. Nadat Kimo bij ons in de auto was gekomen gingen we een
dorp in en slingerdeslang kwamen we in het achterland waar slechts onderkomens
waren voor de werkers, dus geen flats of winkels. Duidelijk het platteland.
Denkelijk hebben ze daar in die dorpen nog niet zoveel westerlingen gezien,
er werd nogal naar me gekeken als ik voorbijkwam ;-).
De eerste kweker was een cactuskweker, nou, echt onvoorstelbaar,
duizelingwekkend en adembenemend. Duizenden cactussen in alle varianten die
ik ooit in boeken heb gezien en nog meer die ik nooit heb mogen aanschouwen,
tot vandaag. Van baby's tot planten van meters, zowel in de hoogte als in
omvang. Bolcactussen tot minstens een meter doorsnee, maar ook schattige bloeiende
kleintjes, levende steentjes, anyway, echt bizar. De ene kweektunnel na de
andere, het hield niet op. En als je dan dacht dat je aan het einde was, ging
het om de hoek weer verder. Ik heb daar voor omgerekend ongeveer 50 euro cactusjes
en cactussen gekocht, alsmede nog wat bloeiend gewoon plantenspul.
Bij navraag hoorde ik dat er zo'n 100 mensen werken.
Een van de paden
Een hoekje met bolcactussen, en een woud met Royal Palms
Elk van deze bolcactussen kost een paar honderd pond, in de kassen stonden er nog honderden, resp. duizenden in alle formaten
Je waant je bijna in het buitenland, zo schoon en georganiseerd als het hier was
Een collectie van duizenden euro's bij elkaar
En zo had je de ene kas na de andere
Geweldig om dat allemaal te mogen aanschouwen
Ga ze maar eens tellen.....................
Duizelingwekkend dus, vond ik
voor vervolg klik hier